Het is geen toeval dat juist je handen en voeten het eerste koud aanvoelen. Ons lichaam is ingesteld op overleven. Zodra de buitentemperatuur daalt, geeft het prioriteit aan de doorbloeding van de vitale organen. Je hart, longen en hersenen krijgen voorrang. Dat betekent dat de bloedtoevoer naar de uiteinden van je lichaam – je vingers en tenen – vermindert.
Daar komt nog iets bij: tijdens het fietsen gebruik je vooral je beenspieren. Die vragen zoveel energie en bloedtoevoer, dat er voor de kleine spieren in je handen en voeten minder overblijft. Voeg daar rijwind, lage temperaturen en soms vocht bij op, en je hebt een recept voor koude extremiteiten.
Factoren die meespelen:
Net als bij je bovenlichaam werkt het principe van laagjes ook bij je handen. Een dunne liner glove onder je winterhandschoenen kan een groot verschil maken. De luchtlaag tussen de lagen zorgt voor extra isolatie, terwijl je bij een stop of warme dag ook snel een laagje kunt uitdoen.
Wind is de grootste vijand van warme vingers. Kies daarom handschoenen die winddicht zijn en liefst ook waterafstotend. Softshell-materialen zijn hiervoor ideaal: ze houden wind buiten, maar blijven ademend genoeg om zweet te laten ontsnappen.
Te krappe handschoenen knellen je vingers af, waardoor de doorbloeding nóg slechter wordt. Te losse handschoenen daarentegen laten koude lucht circuleren. Probeer altijd te passen met de fietssokken en -handschoenen die je daadwerkelijk draagt.
Voor wie écht geen risico wil lopen, zijn er verwarmde fietshandschoenen beschikbaar. Deze handschoenen hebben geïntegreerde warmte-elementen die je vingers direct verwarmen. Zeker tijdens lange ritten in temperaturen rond of onder het vriespunt zijn ze een gamechanger: je houdt je vingers soepel en je hoeft niet voortdurend te bewegen om gevoel terug te krijgen.
Winterhandschoenen isoleren vooral. Ze werken prima zolang je lichaam zelf voldoende warmte produceert. Maar in echt gure omstandigheden, of bij rijders die van nature snel last hebben van koude handen, is isolatie alleen vaak niet genoeg.
Verwarmde fietshandschoenen pakken het anders aan: zij voegen actief warmte toe. Dat betekent dat je ook bij temperaturen ruim onder nul kunt blijven fietsen zonder je vingers te verliezen. Moderne modellen hebben verschillende warmtestanden, zodat je de warmte aanpast aan je rit of buitentemperatuur.
Katoen is funest in de winter: het houdt vocht vast en zorgt dat je voeten juist kouder worden. Kies liever voor merino wol of synthetische high-performance sokken. Merino heeft als voordeel dat het warmte blijft geven, zelfs als het vochtig is.
Overschoenen zijn de klassieke oplossing. Ze schuif je over je fietsschoenen heen en beschermen tegen wind en regen. Ze zijn er in allerlei uitvoeringen: van dunne, aerodynamische varianten tot dikke neopreen modellen voor de winter.
Wie vaak in de kou fietst, kan overwegen speciale winterfietsschoenen aan te schaffen. Deze zijn beter geïsoleerd, vaak hoger bij de enkel en voorzien van een waterdichte laag. Het nadeel is dat ze duurder zijn en minder veelzijdig in gebruik dan gewone schoenen met overschoenen.
Voor wie altijd koude tenen heeft, zijn verwarmde fietssokken een goede investering. Deze sokken bevatten kledine verwarmingselementen die je tenen van warmte voorzien. Omdat de warmte direct bij je huid wordt afgegeven, heb je geen dikke schoenen nodig en blijf je veel langer comfortabel rijden.
Warme fietskleding gaat langer mee met goed onderhoud.
Een paar bekende merken in winterfietskleding:
Koude handen en voeten zijn voor veel fietsers hét struikelblok in de winter. Maar met de juiste voorbereiding en materialen hoef je niet meer bang te zijn voor bevroren vingers of tenen. Combineer slimme kledingkeuzes, bescherm jezelf tegen wind en vocht, en kies waar nodig voor verwarmde oplossingen. Warme handen en voeten maken áltijd het verschil, voor ieder type fietser. Wil je weten welke verwarmde accessoires jouw rit aangenamer maken? Neem bijvoorbeeld een kijkje bij HeatPerformance voor het volledige aanbod.
Terug naar Kleding & Accessoires